Zweeds
Uitgebreide vertaling voor sparka boll (Zweeds) in het Duits
sparka boll: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- sparka: einschalten; betätigen; in Funktion setzen; treten; stoßen; hauen; ausschlagen; ablehnen; feiern; verabschieden; entlassen; abschieben; feuern; abweisen; zurückweisen; suspendieren; entheben; abdanken; ausrangieren; von seiner Position vertreiben
- boll: Fußball; Kugel; Ball; Bällchen; Köpfchen; Kügelchen; Knoten von Wolle; Globus
Wiktionary: sparka boll
sparka boll
verb
-
etwas ziellos in die Gegend treten, schießen