Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. land:
  2. länd:
  3. Åland:
  4. Wiktionary:
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Land:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor -land (Zweeds) in het Duits

land:

land [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. land (nation)
    Land; der Staat; Reich; die Nation
    • Land [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Staat [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Reich [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Nation [die ~] zelfstandig naamwoord
  2. land
    Land; Ufer; der Wall
    • Land [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Ufer [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Wall [der ~] zelfstandig naamwoord
  3. land
    die Provinz; Land
    • Provinz [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Land [das ~] zelfstandig naamwoord
  4. land
    die Provinz
    • Provinz [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor land:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Land land; nation hemland; landskap
Nation land; nation folk; hemland; nation
Provinz land distrikt; landskap; län; nejd; område; provins; region; trakt; zon
Reich land; nation kungarike
Staat land; nation stat; staten
Ufer land fast mark; kust; kuster; kuststräckor; strand; stränder; vattensidan
Wall land barriär; damm; dike; fast mark; fördämning; stadsmur

Synoniemen voor "land":


Wiktionary: land

land
noun
  1. kein Plural: Gebiet im Besitz von Menschen
  2. Territorium eines Staates
  3. kein Plural: rurale, eher landwirtschaftlich genutzte Gegend – im Gegensatz zur Stadt
  4. kein Plural: abgrenzbares, historisch oder natürlich zusammengehöriges Gebiet
  5. Glied- oder Teilstaat (in bestimmten Staaten)
  6. kein Plural: die nicht von Meer bedeckte Erdoberfläche
  7. unabhängiges politisches Gebilde

Cross Translation:
FromToVia
land Land country — region of land
land Land; Staat; Vaterland country — nation state
land Land land — part of Earth which is not covered by oceans or other bodies of water
land landen land — to bring to land
land Land land — niet verstedelijkt gebied
land Land land — een geografisch gebied aan één bepaald gezag onderworpen
land Bereich; Gebiet; Gegend; Region; Land contrée — géographie|fr certain étendue de pays.

länd:

länd [-en] zelfstandig naamwoord

  1. länd (svank)
    die Lende
    • Lende [die ~] zelfstandig naamwoord
  2. länd (svansrem)
    die Kruppe; der Schwanzriemen

Vertaal Matrix voor länd:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Kruppe länd; svansrem
Lende länd; svank
Schwanzriemen länd; svansrem

Wiktionary: länd

länd
noun
  1. Anatomie: beim Menschen die hintere und seitliche Gegend der Bauchwand zwischen letzter Rippe und Darmbeinkamm
  2. hinterer, erhöhter Teil des Rückens eines Pferdes
  1. Lebensmittel: ein Stück Fleisch aus der Hüfte eines Schlachttieres (z. B. eines Rindes)

Cross Translation:
FromToVia
länd Lende loin — part of the body

Åland:

Åland zelfstandig naamwoord

  1. Åland
    Alandinseln

Vertaal Matrix voor Åland:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Alandinseln Åland
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
Ålandinseln Åland

Wiktionary: Åland

Åland
noun
  1. politisch: weitgehend autonome Provinz in Finnland
  2. geographisch: zu Finnland gehörende Inselgruppe

Cross Translation:
FromToVia
Åland Åland Åland — Autonomous province of Finland


Wiktionary: -land

-land
  1. ein Ortsnamengrundwort für Land, Fläche, wirtschaftlich genutztes Gebiet bzw. daran oder darauf befindliche Siedlungen

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van -land



Duits

Uitgebreide vertaling voor -land (Duits) in het Zweeds

Land:

Land [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Land (Ufer; Wall)
    land
    • land [-ett] zelfstandig naamwoord
  2. Land (Nation; Staat; Reich)
    land; nation
    • land [-ett] zelfstandig naamwoord
    • nation [-en] zelfstandig naamwoord
  3. Land (Landschaft)
    landskap
  4. Land (Heimatland; Heimat; Herkunftsland; )
    hemland
    • hemland [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Land:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hemland Geburtsland; Heimat; Heimatboden; Heimatland; Herkunftsland; Land; Landschaft; Nation Haus und Herd; Heimat; Heimatboden; Heimatland
land Land; Nation; Provinz; Reich; Staat; Ufer; Wall Provinz
landskap Land; Landschaft Bereich; Bezirk; Gebiet; Gegend; Landstrich; Ort; Provinz; Rechtsgebiet; Region; Zone
nation Land; Nation; Reich; Staat Nation; Volk

Synoniemen voor "Land":


Wiktionary: Land

Land
noun
  1. kein Plural: lockere, obere Erdschicht
  2. kein Plural: Gebiet im Besitz von Menschen
  3. Territorium eines Staates
  4. kein Plural: rurale, eher landwirtschaftlich genutzte Gegend – im Gegensatz zur Stadt
  5. kein Plural: abgrenzbares, historisch oder natürlich zusammengehöriges Gebiet
  6. Glied- oder Teilstaat (in bestimmten Staaten)
  7. kein Plural: die nicht von Meer bedeckte Erdoberfläche
  8. unabhängiges politisches Gebilde

Cross Translation:
FromToVia
Land land country — region of land
Land land country — nation state
Land landet; landsbygd; landsort country — the country, rural area, as opposed to the town or city
Land jord earth — soil
Land mark; backe ground — surface of the Earth
Land land land — part of Earth which is not covered by oceans or other bodies of water
Land provins; län; landskap province — A subdivision of government usually one step below the national level
Land stat; delstat state — a political division of a federation retaining a degree of autonomy
Land land land — niet verstedelijkt gebied
Land land land — een geografisch gebied aan één bepaald gezag onderworpen
Land fält; åker champ — Terrain de campagne
Land gebit; område; trakt; ängd; land contrée — géographie|fr certain étendue de pays.


Wiktionary: -land

-land
  1. ein Ortsnamengrundwort für Land, Fläche, wirtschaftlich genutztes Gebiet bzw. daran oder darauf befindliche Siedlungen

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van -land