Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. potta:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor potta (Zweeds) in het Duits

potta:

potta [-en] zelfstandig naamwoord

  1. potta (nattkärl)
    der Topf; Töpfchen; der Nachttopf
    • Topf [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Töpfchen [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Nachttopf [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor potta:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Nachttopf nattkärl; potta nattkärl
Topf nattkärl; potta flata; gryta; kastrull; lesbian; nattkärl
Töpfchen nattkärl; potta

Wiktionary: potta

potta
noun
  1. Behältnis für Kot, Urin und ErbrochenesWikipedia|Nachttopf
  2. im bayerisch-österreichischen Sprachraum, umgangssprachlich: Nachttopf