Overzicht
Zweeds naar Duits: Meer gegevens...
-
förminska:
-
Wiktionary:
förminska → erniedrigen, vermindern
förminska → reduzieren -
Synoniemen voor "förminska":
reducera
-
Wiktionary:
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor förminska (Zweeds) in het Duits
förminska: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- för: denn; für; pro; nämlich; Bug; das heißt; Steven; Vordersteven
- minska: verkleinern; einschrumpfen; minimalisieren; einschränken; mäßigen; zurückschicken; zurücksenden; zurückdrehen; rückgängig machen; zurückschrauben; herabwürdigen; weniger werden; geringer werden; schlechter werden; setzen; fallen; senken; verringern; sparen; kürzen; schwächen; reduzieren; nachlassen; sinken; abbauen; schrumpfen; schwinden; lindern; mindern; herabsetzen; verkürzen; schmälern; zurückgehen; mildern; vermindern; versiegen; wegnehmen; abschwächen; schwindend; abkürzen; verknappen; zusammengehen; fortnehmen; abnehmend; herabmindern; Abgang; Lagerabgang; niedriger machen
- frö: Gefühl; Körnchen; Saatgut; Gran; Sämereien
- får: Schafe; Lämmer; Schaf
förminska:
Synoniemen voor "förminska":
Wiktionary: förminska
förminska
Cross Translation:
verb
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • förminska | → reduzieren | ↔ réduire — restreindre, diminuer, ou faire diminuer. |