Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. kassaskåp:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor kassaskåp (Zweeds) in het Duits

kassaskåp:

kassaskåp [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. kassaskåp (förvaringsfack)
    Schließfach; der Tresor

Vertaal Matrix voor kassaskåp:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Schließfach förvaringsfack; kassaskåp kassa för bankfack
Tresor förvaringsfack; kassaskåp förvaringsfack; kassa för bankfack; låda; skåp; valv

Wiktionary: kassaskåp

kassaskåp
noun
  1. ein gegen Einbruch und Feuer gepanzerter Schrank
  2. besonders gesicherter, gepanzerter Schrank, in dem Geld und andere Wertgegenstand aufbewahren werden

Cross Translation:
FromToVia
kassaskåp Tresor safe — box in which valuables can be locked for safekeeping