Nederlands
Uitgebreide vertaling voor zullen (Nederlands) in het Zweeds
zullen:
-
zullen
Conjugations for zullen:
o.t.t.
- zal
- zult
- zal
- zullen
- zullen
- zullen
o.v.t.
- zou
- zou
- zou
- zouden
- zouden
- zouden
o.t.t.t.
- zal zullen
- zult zullen
- zal zullen
- zullen zullen
- zullen zullen
- zullen zullen
o.v.t.t.
- zou zullen
- zou zullen
- zou zullen
- zouden zullen
- zouden zullen
- zouden zullen
diversen
- zal!
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor zullen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
skalla | zullen | schellen |
- | dienen; moeten |
Synoniemen voor "zullen":
Antoniemen van "zullen":
Verwante definities voor "zullen":
Wiktionary: zullen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• zullen | → skola | ↔ shall — indicating the simple future tense |
• zullen | → komma till att; komma att; skola; vilja; tänka | ↔ will — indicating future action |
• zullen | → skall; ska; skola; bör | ↔ sollen — im Konjunktiv II: Vermutung, Annahme |
• zullen | → skall; ska; skola; bör | ↔ sollen — im Konjunktiv II Präteritum: persönliche Empfehlung |