Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. spreuk:
  2. Wiktionary:
    • spreuk → dom


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor spreuk (Nederlands) in het Zweeds

spreuk:

spreuk [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de spreuk (gezegde)
    talesätt
  2. de spreuk (leus; parool; leuze)
    slogan; slagord; paroll
    • slogan zelfstandig naamwoord
    • slagord [-ett] zelfstandig naamwoord
    • paroll [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor spreuk:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
paroll leus; leuze; parool; spreuk
slagord leus; leuze; parool; spreuk devies; kenspreuk; kreet; leus; leuzen; motto; parolen; reclameleus; reclamezin; slagzin; slogan; zinspreuk
slogan leus; leuze; parool; spreuk kreet; leus; reclameleus; reclamezin; slagzin; slogan; strijdkreet; yell
talesätt gezegde; spreuk stijlfiguur

Verwante woorden van "spreuk":


Wiktionary: spreuk


Cross Translation:
FromToVia
spreuk dom sentenceapophtegme, maxime, opinion exprimée d’une manière dogmatique.