Nederlands
Uitgebreide vertaling voor somber (Nederlands) in het Zweeds
somber:
-
somber (triest; zwaarmoedig; troosteloos; naargeestig)
-
somber (naargeestig; naar)
-
somber (troosteloos; triest; mistroostig; grauw; vreugdeloos)
tröstlöst; otröstlig; otröstligt-
tröstlöst bijvoeglijk naamwoord
-
otröstlig bijvoeglijk naamwoord
-
otröstligt bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor somber:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
ledsen | jammer | |
olycklig | ongelukkige | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
dyster | naar; naargeestig; somber | bitter; bitterachtig; druilerig; miezerig |
ledsen | naargeestig; somber; triest; troosteloos; zwaarmoedig | bedroevend |
olycklig | naar; naargeestig; somber | averechts; onfortuinlijk; ongelukkig; onzalig; rampspoedig; verkeerd; vol tegenslag |
otröstlig | grauw; mistroostig; somber; triest; troosteloos; vreugdeloos | niet te troosten; ontroostbaar; zielsbedroefd |
otröstligt | grauw; mistroostig; somber; triest; troosteloos; vreugdeloos | niet te troosten; ontroostbaar; zielsbedroefd |
tröstlöst | grauw; mistroostig; somber; triest; troosteloos; vreugdeloos | diepbedroefd; zielsbedroefd |