Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. bezopen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bezopen (Nederlands) in het Zweeds

bezopen:

bezopen bijvoeglijk naamwoord

  1. bezopen (dronken; beschonken; ladderzat; zat)
    berusat; drucken; drucket; på lyset
  2. bezopen (stomdroken)
    fyllon; urfull; döfullt; urfullt

Vertaal Matrix voor bezopen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fyllon drinkebroers; drinkers; dronkelappen; innemers; tetteraars; zuiplappen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
berusat beschonken; bezopen; dronken; ladderzat; zat aangeschoten; bedwelmd; beneveld; beschonken; dronken; onder invloed
drucken beschonken; bezopen; dronken; ladderzat; zat bedwelmd; onder invloed
drucket beschonken; bezopen; dronken; ladderzat; zat
döfullt bezopen; stomdroken toeter
fyllon bezopen; stomdroken
på lyset beschonken; bezopen; dronken; ladderzat; zat
urfull bezopen; stomdroken
urfullt bezopen; stomdroken

Wiktionary: bezopen


Cross Translation:
FromToVia
bezopen berusad; packad; dragen; drucken; full drunk — intoxicated after drinking too much alcohol