Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. ziertje:
  2. zier:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor ziertje (Nederlands) in het Zweeds

ziertje:

ziertje [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het ziertje
    inte det minsta

Vertaal Matrix voor ziertje:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
inte det minsta ziertje

Verwante woorden van "ziertje":


zier:

zier [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de zier
    smula; dutt; en minsta bit

Vertaal Matrix voor zier:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dutt zier
en minsta bit zier
smula zier beetje; kleinigheid; kruim; kruimel; kruimeltje; plakje; schijfje; snuisterij

Verwante woorden van "zier":