Nederlands
Uitgebreide vertaling voor zedeloosheid (Nederlands) in het Zweeds
zedeloosheid:
-
de zedeloosheid (losbandigheid; buitensporigheid; uitspatting; bandeloosheid)
-
de zedeloosheid (immoraliteit; onzedelijkheid)
Vertaal Matrix voor zedeloosheid:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
laglöshet | bandeloosheid; buitensporigheid; losbandigheid; uitspatting; zedeloosheid | |
lagstridighet | bandeloosheid; buitensporigheid; losbandigheid; uitspatting; zedeloosheid | |
omoral | immoraliteit; onzedelijkheid; zedeloosheid | ondeugd; zedelijke slechtheid; zonde |
rättslöshet | bandeloosheid; buitensporigheid; losbandigheid; uitspatting; zedeloosheid | |
sedlöshet | immoraliteit; onzedelijkheid; zedeloosheid |
Verwante woorden van "zedeloosheid":
Wiktionary: zedeloosheid
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• zedeloosheid | → sedeslöshet | ↔ debauchery — debauchery |
zedeloos:
-
zedeloos (obsceen; vunzig; schuin; vies)
-
zedeloos (immoreel; onzedelijk; amoreel; onzedig)
omoralisk; oanständigt; frivol-
omoralisk bijvoeglijk naamwoord
-
oanständigt bijvoeglijk naamwoord
-
frivol bijvoeglijk naamwoord
-