Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. woord:
  2. Wiktionary:
    • woord → ord


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor woord (Nederlands) in het Zweeds

woord:

woord [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het woord
    tal
    • tal [-ett] zelfstandig naamwoord

woord

  1. woord

Vertaal Matrix voor woord:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tal woord articulatie; cijfer; declamering; gesproken woord; getal; lezing; rede; redevoering; speech; spreekbeurt; toespraak; uitspraak; voordracht
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
word woord

Verwante woorden van "woord":


Verwante definities voor "woord":

  1. groep klanken of letters met eigen betekenis1
    • 'woning' is een ander woord voor 'huis'1

Wiktionary: woord


Cross Translation:
FromToVia
woord ord WortLinguistik: kleinste, eine selbstständige Bedeutung tragende Einheit der Sprache, eine grammatische Einheit
woord ord word — unit of language
woord ord word — something promised
woord ord mot — Succession de sons ou de signes ayant un sens propre, et isolé par deux blancs ou une pause

Verwante vertalingen van woord