Nederlands
Uitgebreide vertaling voor werkschuw (Nederlands) in het Zweeds
werkschuw:
-
werkschuw (lui; traag)
arbetsskygg; arbetsskyggt; trög; trögt; slött-
arbetsskygg bijvoeglijk naamwoord
-
arbetsskyggt bijvoeglijk naamwoord
-
trög bijvoeglijk naamwoord
-
trögt bijvoeglijk naamwoord
-
slött bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor werkschuw:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
arbetsskygg | lui; traag; werkschuw | |
arbetsskyggt | lui; traag; werkschuw | |
slött | lui; traag; werkschuw | bezadigd; dommelig; druilerig; energieloos; futloos; gezapig; kortzichtig; lamlendig; landerig; langzaam; lodderig; lui; lusteloos; miezerig; niets doend; ongenuanceerd; slap; slaperig; sloom; stomp; suffig; traag; vadsig; versuft; zouteloos |
trög | lui; traag; werkschuw | achterlijk; afgestompt; breinloos; dom; flauwtjes; geesteloos; hersenloos; idioot; lijzig; log; loom; onbenullig; onnozel; onverstandig; stomp; stompzinnig; stupide; verstandeloos |
trögt | lui; traag; werkschuw | achterlijk; afgestompt; breinloos; dom; flauwtjes; geesteloos; hersenloos; idioot; lijzig; log; loom; onbenullig; onnozel; onverstandig; stomp; stompzinnig; stupide; verstandeloos; zouteloos |