Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. weifelend:
  2. weifelen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor weifelend (Nederlands) in het Zweeds

weifelend:

weifelend bijvoeglijk naamwoord

  1. weifelend (schoorvoetend; aarzelend; halfslachtig; wankelmoedig)
    motvilligt; ogärna; motsträvig
  2. weifelend (treuzelachtig; langzaam; traag; )
    sinkande; sölande
  3. weifelend (weifelachtig; besluiteloos; aarzelend)
    obeslutsamt; vacklande; tvekande; tvekandet

Vertaal Matrix voor weifelend:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sölande talmster; teut; treuzel; treuzelares
vacklande gesteiger; twijfelmoedigheid; wankeling; wankelmoedigheid
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
motsträvig aarzelend; halfslachtig; schoorvoetend; wankelmoedig; weifelend
motvilligt aarzelend; halfslachtig; schoorvoetend; wankelmoedig; weifelend onbereidwillig; ongedienstig; onwelwillend
obeslutsamt aarzelend; besluiteloos; weifelachtig; weifelend
ogärna aarzelend; halfslachtig; schoorvoetend; wankelmoedig; weifelend kwaadschiks; met tegenzin; niet graag; ongaarne
sinkande aarzelend; besluitloos; dralend; langzaam; leuterig; slepend; talmend; traag; treuzelachtig; treuzelend; weifelend
sölande aarzelend; besluitloos; dralend; langzaam; leuterig; slepend; talmend; traag; treuzelachtig; treuzelend; weifelend
tvekande aarzelend; besluiteloos; weifelachtig; weifelend huiverig
tvekandet aarzelend; besluiteloos; weifelachtig; weifelend
vacklande aarzelend; besluiteloos; weifelachtig; weifelend halfslachtig; onstandvastig; twijfelmoedig; wankelmoedig

weifelend vorm van weifelen:

weifelen werkwoord (weifel, weifelt, weifelde, weifelden, geweifeld)

  1. weifelen (aarzelen; talmen; dubben)
    tveka; tänka över
    • tveka werkwoord (tvekar, tvekade, tvekat)
    • tänka över werkwoord (tänker över, tänkte över, tänkt över)
  2. weifelen (aarzelen; twijfelen)
    tveka
    • tveka werkwoord (tvekar, tvekade, tvekat)

Conjugations for weifelen:

o.t.t.
  1. weifel
  2. weifelt
  3. weifelt
  4. weifelen
  5. weifelen
  6. weifelen
o.v.t.
  1. weifelde
  2. weifelde
  3. weifelde
  4. weifelden
  5. weifelden
  6. weifelden
v.t.t.
  1. heb geweifeld
  2. hebt geweifeld
  3. heeft geweifeld
  4. hebben geweifeld
  5. hebben geweifeld
  6. hebben geweifeld
v.v.t.
  1. had geweifeld
  2. had geweifeld
  3. had geweifeld
  4. hadden geweifeld
  5. hadden geweifeld
  6. hadden geweifeld
o.t.t.t.
  1. zal weifelen
  2. zult weifelen
  3. zal weifelen
  4. zullen weifelen
  5. zullen weifelen
  6. zullen weifelen
o.v.t.t.
  1. zou weifelen
  2. zou weifelen
  3. zou weifelen
  4. zouden weifelen
  5. zouden weifelen
  6. zouden weifelen
diversen
  1. weifel!
  2. weifelt!
  3. geweifeld
  4. weifelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor weifelen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tänka över peinzer
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tveka aarzelen; dubben; talmen; twijfelen; weifelen besluiteloos zijn; onzeker zijn; twijfelen
tänka över aarzelen; dubben; talmen; weifelen afwegen; beschouwen; doordenken; in acht nemen; ontzien; overdenken; overwegen; sparen; verschonen; wikken en wegen

Wiktionary: weifelen


Cross Translation:
FromToVia
weifelen tveka barguigner — (familier, fr) hésiter, avoir de la peine à se déterminer, particulièrement quand il s’agir d’un achat, d’une affaire, d’un traité.
weifelen tveka hésiter — Être incertain, indécis sur le parti, sur la résolution que l’on doit prendre.