Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. weergeven:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor weergeven (Nederlands) in het Zweeds

weergeven:

weergeven werkwoord (geef weer, geeft weer, gaf weer, gaven weer, weergegeven)

  1. weergeven (beschrijven)
    beskriva
    • beskriva werkwoord (beskriver, beskrev, beskrivit)
  2. weergeven
    återge; rendera
  3. weergeven
    visa
    • visa werkwoord (visar, visade, visat)

Conjugations for weergeven:

o.t.t.
  1. geef weer
  2. geeft weer
  3. geeft weer
  4. geven weer
  5. geven weer
  6. geven weer
o.v.t.
  1. gaf weer
  2. gaf weer
  3. gaf weer
  4. gaven weer
  5. gaven weer
  6. gaven weer
v.t.t.
  1. heb weergegeven
  2. hebt weergegeven
  3. heeft weergegeven
  4. hebben weergegeven
  5. hebben weergegeven
  6. hebben weergegeven
v.v.t.
  1. had weergegeven
  2. had weergegeven
  3. had weergegeven
  4. hadden weergegeven
  5. hadden weergegeven
  6. hadden weergegeven
o.t.t.t.
  1. zal weergeven
  2. zult weergeven
  3. zal weergeven
  4. zullen weergeven
  5. zullen weergeven
  6. zullen weergeven
o.v.t.t.
  1. zou weergeven
  2. zou weergeven
  3. zou weergeven
  4. zouden weergeven
  5. zouden weergeven
  6. zouden weergeven
diversen
  1. geef weer!
  2. geeft weer!
  3. weergegeven
  4. weergevend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor weergeven:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
visa demonstratie; laten zien; melodie; wijs
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beskriva beschrijven; weergeven afschilderen; beschrijven; karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; mededelen; omschrijven; schetsen; typeren; uiteenzetten; verhalen; vertellen; zeggen
rendera weergeven
visa weergeven aanbieden; betogen; demonstreren; etaleren; exposeren; laten zien; offreren; presenteren; te voorschijn halen; tentoonstellen; tevoorschijn brengen; tevoorschijn halen; tevoorschijnhalen; tevoorschijntoveren; tonen; uitbreiden; uitstallen; vertonen; voor de dag halen; voordedaghalen; voorleggen; wijzen naar
återge weergeven

Verwante vertalingen van weergeven