Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. waardigheid:
  2. waardig:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor waardigheid (Nederlands) in het Zweeds

waardigheid:

waardigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de waardigheid
    värdighet; höghet; ädelhet

Vertaal Matrix voor waardigheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
höghet waardigheid doorluchtigheid
värdighet waardigheid
ädelhet waardigheid adel; adeldom; adelstand; edelen

Verwante woorden van "waardigheid":


Wiktionary: waardigheid


Cross Translation:
FromToVia
waardigheid värdighet dignity — quality or state
waardigheid värdighet dignitégravité noble qui inspirer la considération, commande le respect, les égards.
waardigheid förtjänst; värde mérite — Ce qui rendre une personne digne d’estime.

waardigheid vorm van waardig:

waardig bijvoeglijk naamwoord

  1. waardig (statig; deftig; eerbiedwaardig)
    ståtlig; ståtligt

Vertaal Matrix voor waardig:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ståtlig deftig; eerbiedwaardig; statig; waardig glorierijk; luisterrijk; lustrijk; magnifiek; prachtig; ruim; schitterend; weids
ståtligt deftig; eerbiedwaardig; statig; waardig glorierijk; groots; hoog geplaatst; luisterrijk; lustrijk; magnifiek; prachtig; ruim; schitterend; weids

Verwante woorden van "waardig":


Verwante vertalingen van waardigheid