Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor voordoen (Nederlands) in het Zweeds

voordoen:

voordoen werkwoord (doe voor, doet voor, deed voor, deden voor, voorgedaan)

  1. voordoen (aan het licht komen; verschijnen; voor de dag komen)
    lysa upp
    • lysa upp werkwoord (lyser upp, lyste upp, lyst upp)
  2. voordoen (voorvallen; gebeuren; plaatsvinden; plaats hebben; passeren)
    förekomma; uppträda; finnas
    • förekomma werkwoord (förekommer, förekom, förekommit)
    • uppträda werkwoord (uppträder, uppträdde, uppträtt)
    • finnas werkwoord (finnas, fanns, funnits)
  3. voordoen (voorbinden)
    sätta på; lägga på; slå på
    • sätta på werkwoord (sätter på, satte på, satt på)
    • lägga på werkwoord (lägger på, lade på, lagt på)
    • slå på werkwoord (slår på, slog på, slagit på)

Conjugations for voordoen:

o.t.t.
  1. doe voor
  2. doet voor
  3. doet voor
  4. doen voor
  5. doen voor
  6. doen voor
o.v.t.
  1. deed voor
  2. deed voor
  3. deed voor
  4. deden voor
  5. deden voor
  6. deden voor
v.t.t.
  1. heb voorgedaan
  2. hebt voorgedaan
  3. heeft voorgedaan
  4. hebben voorgedaan
  5. hebben voorgedaan
  6. hebben voorgedaan
v.v.t.
  1. had voorgedaan
  2. had voorgedaan
  3. had voorgedaan
  4. hadden voorgedaan
  5. hadden voorgedaan
  6. hadden voorgedaan
o.t.t.t.
  1. zal voordoen
  2. zult voordoen
  3. zal voordoen
  4. zullen voordoen
  5. zullen voordoen
  6. zullen voordoen
o.v.t.t.
  1. zou voordoen
  2. zou voordoen
  3. zou voordoen
  4. zouden voordoen
  5. zouden voordoen
  6. zouden voordoen
diversen
  1. doe voor!
  2. doet voor!
  3. voorgedaan
  4. voordoend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

voordoen [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. voordoen (tonen)
    visning; demonstration

Vertaal Matrix voor voordoen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
demonstration tonen; voordoen actie; betoging; demonstratie; manifestatie; opvoering; parade; protestbijeenkomst; publieke betoging; show; staatsie; vertoning; vertoon; voorstelling
lysa upp lichter worden; oplichten
visning tonen; voordoen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
finnas gebeuren; passeren; plaats hebben; plaatsvinden; voordoen; voorvallen bestaan; existeren; leven; zijn
förekomma gebeuren; passeren; plaats hebben; plaatsvinden; voordoen; voorvallen
lysa upp aan het licht komen; verschijnen; voor de dag komen; voordoen aansteken; aanstrijken; beschijnen; doen ontvlammen; opvrolijken; verlichten
lägga på voorbinden; voordoen opleggen
slå på voorbinden; voordoen aandoen; aanmaken; aanzetten; inschakelen; starten
sätta på voorbinden; voordoen omdoen; ontsluiten; opendraaien; openen
uppträda gebeuren; passeren; plaats hebben; plaatsvinden; voordoen; voorvallen acteren; opgevoerd worden; optreden; performen; spelen; toneelspelen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
visning apert

Wiktionary: voordoen


Cross Translation:
FromToVia
voordoen använda; begagna; bruka; lägga; ställa; sätta appliquermettre une chose sur une autre, soit pour qu’elle y demeure adhérente, être pour qu’elle y laisser une empreinte, soit simplement pour qu’elle y toucher.
voordoen sätta på; anbringa apposerposer, appliquer sur quelque chose.

Verwante vertalingen van voordoen