Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor volgend (Nederlands) in het Zweeds

volgend:

volgend bijvoeglijk naamwoord

  1. volgend
    näst
    • näst bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor volgend:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
näst volgend

Antoniemen van "volgend":


Verwante definities voor "volgend":

  1. wat erna komt1
    • dinsdag was ik ziek maar de volgende dag was ik weer beter1

Wiktionary: volgend

volgend
adjective
  1. dat later komt

Cross Translation:
FromToVia
volgend nästa next — following in a sequence
volgend nästa next — nearest date, time, space or order
volgend närbelägen; grann- prochain — Voisin, suivant.
volgend följande suivant — Qui est après, qui vient après.

volgend vorm van volgen:

volgen werkwoord (volg, volgt, volgde, volgden, gevolgd)

  1. volgen (achternalopen; achternagaan; nalopen)
    springa efter
    • springa efter werkwoord (springer efter, sprang efter, sprungit efter)
  2. volgen (vergezellen; begeleiden; chaperonneren; )
    ackompanjera; följa; ledsaga; eskortera
    • ackompanjera werkwoord (ackompanjerar, ackompanjerade, ackompanjerat)
    • följa werkwoord (följer, följde, följt)
    • ledsaga werkwoord (ledsagar, ledsagade, ledsagat)
    • eskortera werkwoord (eskorterar, eskorterade, eskorterat)
  3. volgen (opvolgen; navolgen)
    följa; efterfölja; imitera
    • följa werkwoord (följer, följde, följt)
    • efterfölja werkwoord (efterföljer, efterföljde, efterföljt)
    • imitera werkwoord (imiterar, imiterade, imiterat)
  4. volgen (achtervolgen; achternazitten; nazitten)
    jaga; förfölja
    • jaga werkwoord (jagar, jagade, jagat)
    • förfölja werkwoord (förföljer, förföljde, förföljt)
  5. volgen
    bevaka
    • bevaka werkwoord (bevakar, bevakade, bevakat)

Conjugations for volgen:

o.t.t.
  1. volg
  2. volgt
  3. volgt
  4. volgen
  5. volgen
  6. volgen
o.v.t.
  1. volgde
  2. volgde
  3. volgde
  4. volgden
  5. volgden
  6. volgden
v.t.t.
  1. heb gevolgd
  2. hebt gevolgd
  3. heeft gevolgd
  4. hebben gevolgd
  5. hebben gevolgd
  6. hebben gevolgd
v.v.t.
  1. had gevolgd
  2. had gevolgd
  3. had gevolgd
  4. hadden gevolgd
  5. hadden gevolgd
  6. hadden gevolgd
o.t.t.t.
  1. zal volgen
  2. zult volgen
  3. zal volgen
  4. zullen volgen
  5. zullen volgen
  6. zullen volgen
o.v.t.t.
  1. zou volgen
  2. zou volgen
  3. zou volgen
  4. zouden volgen
  5. zouden volgen
  6. zouden volgen
en verder
  1. ben gevolgd
  2. bent gevolgd
  3. is gevolgd
  4. zijn gevolgd
  5. zijn gevolgd
  6. zijn gevolgd
diversen
  1. volg!
  2. volgt!
  3. gevolgd
  4. volgend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

volgen [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. volgen (achtervolgen)
    förföljande

Vertaal Matrix voor volgen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
eskortera escorte; geleide; stoet; volgstoet
förföljande achtervolgen; volgen achtervolging
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ackompanjera begeleiden; chaperonneren; escorteren; geleiden; meegaan; meelopen; vergezellen; volgen
bevaka volgen in de gaten houden; in het oog houden; opletten; toekijken; toezien; vrijwaren; waken; waken over
efterfölja navolgen; opvolgen; volgen
eskortera begeleiden; chaperonneren; escorteren; geleiden; meegaan; meelopen; vergezellen; volgen binnen brengen; binnenleiden
följa begeleiden; chaperonneren; escorteren; geleiden; meegaan; meelopen; navolgen; opvolgen; vergezellen; volgen bijhouden; jachten; nakomen; naleven; opdrijven; ophitsen; opjagen; voortjagen
förfölja achternazitten; achtervolgen; nazitten; volgen
imitera navolgen; opvolgen; volgen falsificeren; imiteren; kopiëren; nabootsen; nadoen; namaken; navolgen; naäpen; vervalsen
jaga achternazitten; achtervolgen; nazitten; volgen azen; prooizoeken
ledsaga begeleiden; chaperonneren; escorteren; geleiden; meegaan; meelopen; vergezellen; volgen
springa efter achternagaan; achternalopen; nalopen; volgen

Verwante woorden van "volgen":


Antoniemen van "volgen":


Verwante definities voor "volgen":

  1. achter iemand of iets aan gaan1
    • de hond volgt mij voortdurend1
  2. er aandacht aan geven en het begrijpen1
    • ik kon het gesprek goed volgen1
  3. er geregeld aan deelnemen1
    • hij volgt een opleiding1
  4. er logisch uit voortvloeien1
    • uit zijn verklaring volgt dat hij het niet gedaan kan hebben1
  5. erna komen1
    • op de dag volgt de nacht1

Wiktionary: volgen


Cross Translation:
FromToVia
volgen delta; närvara attend — to be present at
volgen följa follow — to go or come after in physical space
volgen följa follow — to live one’s life according to
volgen följa follow — to be a logical consequence of
volgen iaktta observe — to follow
volgen utmynna; sluta; föra; leda; öppna sig; suppurera aboutirtoucher par un bout.