Nederlands
Uitgebreide vertaling voor vergulden (Nederlands) in het Zweeds
vergulden:
-
vergulden
Conjugations for vergulden:
o.t.t.
- verguld
- verguldt
- verguldt
- vergulden
- vergulden
- vergulden
o.v.t.
- verguldde
- verguldde
- verguldde
- verguldden
- verguldden
- verguldden
v.t.t.
- heb verguld
- hebt verguld
- heeft verguld
- hebben verguld
- hebben verguld
- hebben verguld
v.v.t.
- had verguld
- had verguld
- had verguld
- hadden verguld
- hadden verguld
- hadden verguld
o.t.t.t.
- zal vergulden
- zult vergulden
- zal vergulden
- zullen vergulden
- zullen vergulden
- zullen vergulden
o.v.t.t.
- zou vergulden
- zou vergulden
- zou vergulden
- zouden vergulden
- zouden vergulden
- zouden vergulden
diversen
- verguld!
- verguldt!
- verguld
- verguldend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor vergulden:
| Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| förgylla | vergulden | |
| guldfärga | vergulden |
Wiktionary: vergulden
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • vergulden | → förgylla | ↔ gild — to cover with a thin layer of gold |
| • vergulden | → försötma; söta | ↔ adoucir — Rendre doux, tempérer l’âcreté de quelque chose d’aigre, de piquant, de salé. |
| • vergulden | → förgyllning | ↔ dorure — couche d’or fort mince appliquer sur la superficie de quelque ouvrage. |