Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. verfijnd:
  2. verfijnen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verfijnd (Nederlands) in het Zweeds

verfijnd:

verfijnd bijvoeglijk naamwoord

  1. verfijnd (modieuze verfijning; esthetisch; stijlvol; )
    stilig; elegant; smakfullt
  2. verfijnd (fijntjes; fijnzinnig)
    hårfin; subtilt

Vertaal Matrix voor verfijnd:

Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
elegant modieus
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
elegant chic; elegant; esthetisch; geraffineerd; modieuze verfijning; smaakvol; stijlvol; verfijnd chic; elegant; smaakvol
hårfin fijntjes; fijnzinnig; verfijnd draderig; exact; haarfijn; precies; vezelig
smakfullt chic; elegant; esthetisch; geraffineerd; modieuze verfijning; smaakvol; stijlvol; verfijnd aanvallig; bevallig; chic; gracieus; sierlijk; smaakvol
stilig chic; elegant; esthetisch; geraffineerd; modieuze verfijning; smaakvol; stijlvol; verfijnd knap; leuk om te zien
subtilt fijntjes; fijnzinnig; verfijnd fijn; subtiel

Verwante woorden van "verfijnd":


verfijnen:

verfijnen werkwoord (verfijn, verfijnt, verfijnde, verfijnden, verfijnd)

  1. verfijnen (veredelen)
    förädla
    • förädla werkwoord (förädlar, förädlade, förädlat)

Conjugations for verfijnen:

o.t.t.
  1. verfijn
  2. verfijnt
  3. verfijnt
  4. verfijnen
  5. verfijnen
  6. verfijnen
o.v.t.
  1. verfijnde
  2. verfijnde
  3. verfijnde
  4. verfijnden
  5. verfijnden
  6. verfijnden
v.t.t.
  1. heb verfijnd
  2. hebt verfijnd
  3. heeft verfijnd
  4. hebben verfijnd
  5. hebben verfijnd
  6. hebben verfijnd
v.v.t.
  1. had verfijnd
  2. had verfijnd
  3. had verfijnd
  4. hadden verfijnd
  5. hadden verfijnd
  6. hadden verfijnd
o.t.t.t.
  1. zal verfijnen
  2. zult verfijnen
  3. zal verfijnen
  4. zullen verfijnen
  5. zullen verfijnen
  6. zullen verfijnen
o.v.t.t.
  1. zou verfijnen
  2. zou verfijnen
  3. zou verfijnen
  4. zouden verfijnen
  5. zouden verfijnen
  6. zouden verfijnen
diversen
  1. verfijn!
  2. verfijnt!
  3. verfijnd
  4. verfijnend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor verfijnen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
förädla veredelen; verfijnen

Verwante vertalingen van verfijnd