Overzicht
Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...
- uitgeleefd:
- uitleven:
-
Wiktionary:
- uitgeleefd → gammal
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor uitgeleefd (Nederlands) in het Zweeds
uitgeleefd:
-
uitgeleefd
Vertaal Matrix voor uitgeleefd:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
sliten | uitgeleefd | afgedragen; afgeleefd; afgetrapt; oud; uitgesleten; versleten; vervallen |
slitet | uitgeleefd | afgedragen; afgeleefd; afgetrapt; oud; uitgesleten; versleten; vervallen |
Wiktionary: uitgeleefd
uitgeleefd vorm van uitleven:
-
uitleven (uit de band springen)
Conjugations for uitleven:
o.t.t.
- leef uit
- leeft uit
- leeft uit
- leven uit
- leven uit
- leven uit
o.v.t.
- leefde uit
- leefde uit
- leefde uit
- leefden uit
- leefden uit
- leefden uit
v.t.t.
- heb uitgeleefd
- hebt uitgeleefd
- heeft uitgeleefd
- hebben uitgeleefd
- hebben uitgeleefd
- hebben uitgeleefd
v.v.t.
- had uitgeleefd
- had uitgeleefd
- had uitgeleefd
- hadden uitgeleefd
- hadden uitgeleefd
- hadden uitgeleefd
o.t.t.t.
- zal uitleven
- zult uitleven
- zal uitleven
- zullen uitleven
- zullen uitleven
- zullen uitleven
o.v.t.t.
- zou uitleven
- zou uitleven
- zou uitleven
- zouden uitleven
- zouden uitleven
- zouden uitleven
en verder
- ben uitgeleefd
- bent uitgeleefd
- is uitgeleefd
- zijn uitgeleefd
- zijn uitgeleefd
- zijn uitgeleefd
diversen
- leef uit!
- leeft uit!
- uitgeleefd
- uitlevend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor uitleven:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
gå ut och festa | uit de band springen; uitleven |
Antoniemen van "uitleven":
Verwante definities voor "uitleven":
Computer vertaling door derden: