Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. trekker:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor trekker (Nederlands) in het Zweeds

trekker:

trekker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de trekker (trekster)
    vandrare
  2. de trekker (tractor)
    traktor
    • traktor [-en] zelfstandig naamwoord
  3. de trekker (ruitenwisser; wisser)
    vindrutetorkare
  4. de trekker (glazenwisser)
    torkare; torktrasa

Vertaal Matrix voor trekker:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
torkare glazenwisser; trekker sleepcontacten
torktrasa glazenwisser; trekker
traktor tractor; trekker tractor; tractoren; trekkers
vandrare trekker; trekster trekkers; wandelaars
vindrutetorkare ruitenwisser; trekker; wisser ruitensproeier

Verwante woorden van "trekker":


Wiktionary: trekker


Cross Translation:
FromToVia
trekker traktor tractor — farm vehicle

Verwante vertalingen van trekker