Overzicht
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor tranen afscheiden (Nederlands) in het Zweeds
tranen afscheiden:
Vertaal Matrix voor tranen afscheiden:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
lipa | jank; snik | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
böla | huilen; tranen; tranen afscheiden | blaten; blèren; brullen; het uitgillen; mekkeren; uitroepen; uitschreeuwen |
grina | huilen; tranen; tranen afscheiden | grienen; grijnzen; grijnzend lachen; grimassen; huilen; janken; snikken; snotteren |
gråta | huilen; tranen; tranen afscheiden | brullen; huilen; janken; krijsen; schreien; wenen |
lipa | huilen; tranen; tranen afscheiden | brullen; grienen; huilen; janken; krijsen; snikken; snotteren; temen |
tjuta | huilen; tranen; tranen afscheiden | blaffen; brullen; bulderen; daveren; fulmineren; grienen; het uitgillen; huilen; janken; luidkeels iets verkondigen; razen; schetteren; schreeuwen; snikken; snotteren; tekeergaan; tetteren; tieren; uitroepen; uitschreeuwen |