Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. tourisme:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor tourisme (Nederlands) in het Zweeds

tourisme:

tourisme [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. tourisme (toerisme; vreemdelingenverkeer)
    turister

Vertaal Matrix voor tourisme:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
turister toerisme; tourisme; vreemdelingenverkeer