Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. toeter:
  2. toeteren:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor toeter (Nederlands) in het Zweeds

toeter:

toeter [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de toeter (claxon; signaalhoorn)
    biltuta
  2. de toeter (trompet; bazuin; piston; klaroen; blaasinstrument)
    trumpet
    • trumpet [-en] zelfstandig naamwoord

toeter bijvoeglijk naamwoord

  1. toeter
    fyllot; döfull; döfullt

Vertaal Matrix voor toeter:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
biltuta claxon; signaalhoorn; toeter
trumpet bazuin; blaasinstrument; klaroen; piston; toeter; trompet
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
döfull toeter
döfullt toeter bezopen; stomdroken
fyllot toeter

Verwante woorden van "toeter":


Wiktionary: toeter


Cross Translation:
FromToVia
toeter tuta horn — loud alarm, especially on a motor vehicle
toeter kuk; pitt prick — (slang) a penis
toeter tuta; horn Hupe — Gegenstand zum Erzeugen eines Warn- oder Signaltones; Signalhorn, Rufhorn
toeter bilhorn; horn avertisseur — Celui qui avertir.
toeter bilhorn corne — trad-trier

toeter vorm van toeteren:

toeteren werkwoord (toeter, toetert, toeterde, toeterden, getoeterd)

  1. toeteren (claxonneren)
    tuta; signalera
    • tuta werkwoord (tutar, tutade, tutat)
    • signalera werkwoord (signalerar, signalerade, signalerat)

Conjugations for toeteren:

o.t.t.
  1. toeter
  2. toetert
  3. toetert
  4. toeteren
  5. toeteren
  6. toeteren
o.v.t.
  1. toeterde
  2. toeterde
  3. toeterde
  4. toeterden
  5. toeterden
  6. toeterden
v.t.t.
  1. heb getoeterd
  2. hebt getoeterd
  3. heeft getoeterd
  4. hebben getoeterd
  5. hebben getoeterd
  6. hebben getoeterd
v.v.t.
  1. had getoeterd
  2. had getoeterd
  3. had getoeterd
  4. hadden getoeterd
  5. hadden getoeterd
  6. hadden getoeterd
o.t.t.t.
  1. zal toeteren
  2. zult toeteren
  3. zal toeteren
  4. zullen toeteren
  5. zullen toeteren
  6. zullen toeteren
o.v.t.t.
  1. zou toeteren
  2. zou toeteren
  3. zou toeteren
  4. zouden toeteren
  5. zouden toeteren
  6. zouden toeteren
en verder
  1. ben getoeterd
  2. bent getoeterd
  3. is getoeterd
  4. zijn getoeterd
  5. zijn getoeterd
  6. zijn getoeterd
diversen
  1. toeter!
  2. toetert!
  3. getoeterd
  4. toeterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor toeteren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
signalera claxonneren; toeteren
tuta claxonneren; toeteren alcohol gebruiken; drinken
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
tuta toet; toeterend geluid
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tuta bliep

Verwante woorden van "toeteren":