Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. toegang:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor toegang (Nederlands) in het Zweeds

toegang:

toegang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de toegang (entree; ingang; inlaat)
    ingång
    • ingång [-en] zelfstandig naamwoord
  2. de toegang

Vertaal Matrix voor toegang:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ingång entree; ingang; inlaat; toegang inkomst; inrit; invaart; oprijlaan; oprit; poort; toegangspoort; toetreding; voorhuis
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
åtkomst toegang

Verwante woorden van "toegang":


Wiktionary: toegang


Cross Translation:
FromToVia
toegang ingång; väg; passage access — way or means of approaching
toegang tillgång; tillträde access — right or ability of approaching or entering
toegang tillträde entry — permission to enter
toegang tillträde; anfall accès — Action, endroit, ou facilité plus ou moins grande d’accéder dans un lieu, physique ou virtuel.
toegang entré; inträde entréeendroit par où l’on entrer dans un lieu.

Verwante vertalingen van toegang