Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. tapdans:
  2. tapdansen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor tapdans (Nederlands) in het Zweeds

tapdans:

tapdans [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de tapdans
    dansa stepp

Vertaal Matrix voor tapdans:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dansa stepp tapdans

Verwante woorden van "tapdans":


tapdans vorm van tapdansen:

tapdansen werkwoord (tapdans, tapdanst, tapdanste, tapdansten, getapdanst)

  1. tapdansen
    steppa
    • steppa werkwoord (steppar, steppade, steppat)

Conjugations for tapdansen:

o.t.t.
  1. tapdans
  2. tapdanst
  3. tapdanst
  4. tapdansen
  5. tapdansen
  6. tapdansen
o.v.t.
  1. tapdanste
  2. tapdanste
  3. tapdanste
  4. tapdansten
  5. tapdansten
  6. tapdansten
v.t.t.
  1. heb getapdanst
  2. hebt getapdanst
  3. heeft getapdanst
  4. hebben getapdanst
  5. hebben getapdanst
  6. hebben getapdanst
v.v.t.
  1. had getapdanst
  2. had getapdanst
  3. had getapdanst
  4. hadden getapdanst
  5. hadden getapdanst
  6. hadden getapdanst
o.t.t.t.
  1. zal tapdansen
  2. zult tapdansen
  3. zal tapdansen
  4. zullen tapdansen
  5. zullen tapdansen
  6. zullen tapdansen
o.v.t.t.
  1. zou tapdansen
  2. zou tapdansen
  3. zou tapdansen
  4. zouden tapdansen
  5. zouden tapdansen
  6. zouden tapdansen
en verder
  1. ben getapdanst
  2. bent getapdanst
  3. is getapdanst
  4. zijn getapdanst
  5. zijn getapdanst
  6. zijn getapdanst
diversen
  1. tapdans!
  2. tapdanst!
  3. getapdanst
  4. tapdansend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

tapdansen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de tapdansen
    tap dansa

Vertaal Matrix voor tapdansen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tap dansa tapdansen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
steppa tapdansen

Verwante woorden van "tapdansen":