Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. surveilleren:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor surveilleren (Nederlands) in het Zweeds

surveilleren:

surveilleren werkwoord (surveilleer, surveilleert, surveilleerde, surveilleerden, gesurveilleerd)

  1. surveilleren (toezicht houden; bewaken; toezien)
    ge akt på; övervaka; tillse; hålla ett öga på; ha uppsikt över
    • ge akt på werkwoord (ger akt på, gav akt på, givit akt på)
    • övervaka werkwoord (övervakar, övervakade, övervakat)
    • tillse werkwoord (tillser, tillsåg, tillsett)
    • hålla ett öga på werkwoord (håller ett öga på, höll ett öga på, hållit ett öga på)
    • ha uppsikt över werkwoord (har uppsikt över, hade uppsikt över, haft uppsikt över)

Conjugations for surveilleren:

o.t.t.
  1. surveilleer
  2. surveilleert
  3. surveilleert
  4. surveilleren
  5. surveilleren
  6. surveilleren
o.v.t.
  1. surveilleerde
  2. surveilleerde
  3. surveilleerde
  4. surveilleerden
  5. surveilleerden
  6. surveilleerden
v.t.t.
  1. heb gesurveilleerd
  2. hebt gesurveilleerd
  3. heeft gesurveilleerd
  4. hebben gesurveilleerd
  5. hebben gesurveilleerd
  6. hebben gesurveilleerd
v.v.t.
  1. had gesurveilleerd
  2. had gesurveilleerd
  3. had gesurveilleerd
  4. hadden gesurveilleerd
  5. hadden gesurveilleerd
  6. hadden gesurveilleerd
o.t.t.t.
  1. zal surveilleren
  2. zult surveilleren
  3. zal surveilleren
  4. zullen surveilleren
  5. zullen surveilleren
  6. zullen surveilleren
o.v.t.t.
  1. zou surveilleren
  2. zou surveilleren
  3. zou surveilleren
  4. zouden surveilleren
  5. zouden surveilleren
  6. zouden surveilleren
en verder
  1. ben gesurveilleerd
  2. bent gesurveilleerd
  3. is gesurveilleerd
  4. zijn gesurveilleerd
  5. zijn gesurveilleerd
  6. zijn gesurveilleerd
diversen
  1. surveilleer!
  2. surveilleert!
  3. gesurveilleerd
  4. surveillerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor surveilleren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ge akt på bewaken; surveilleren; toezicht houden; toezien
ha uppsikt över bewaken; surveilleren; toezicht houden; toezien over het hoofd zien
hålla ett öga på bewaken; surveilleren; toezicht houden; toezien 'n oogje hebben op; in de gaten houden; in het oog houden; opletten; toezien
tillse bewaken; surveilleren; toezicht houden; toezien
övervaka bewaken; surveilleren; toezicht houden; toezien bewaken; op zijn hoede zijn; over het hoofd zien; toezien op; waken; waken over

Verwante definities voor "surveilleren":

  1. toezicht houden1
    • de agenten surveilleren in de binnenstad1

Wiktionary: surveilleren


Cross Translation:
FromToVia
surveilleren kontrollera; övervaka monitor — watch over, guard
surveilleren övervaka surveillerobserver avec attention ; examiner ; contrôler.
surveilleren besiktiga; kontrollera vérifierexaminer, rechercher si une chose est vraie, si elle est telle qu’elle doit être ou qu’on l’déclarer.

Computer vertaling door derden: