Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. strengheid:
  2. streng:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor strengheid (Nederlands) in het Zweeds

strengheid:

strengheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de strengheid (onverbiddelijkheid; gestrengheid)
    stränghet

Vertaal Matrix voor strengheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stränghet gestrengheid; onverbiddelijkheid; strengheid nauwheid; smalheid

Verwante woorden van "strengheid":


Wiktionary: strengheid


Cross Translation:
FromToVia
strengheid stränghet; strävhet austéritérigueur des pratiques et des doctrines religieux, mortification des sens et de l’esprit.

streng:

streng bijvoeglijk naamwoord

  1. streng (niet toegevend; gestreng)
    hårt; sträng; svårt; svår; strängt; oböjbart
  2. streng (stringent; dwingend; bindend; strikt)
    stringent; slagkraftig; övertygandet; slagkraftigt; bindandet
  3. streng (strikt; stringent; onvermurwbaar)
    exakt; stringent
  4. streng (volgens de regels; strikt)
    efter regel

streng [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de streng (haarstreng; haarvlecht)
    flätad hår

Vertaal Matrix voor streng:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
flätad hår haarstreng; haarvlecht; streng
sträng aaneenschakeling; kabeldraad; kabelgaren; reeks; serie; snaar; tekenreeks
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bindandet bindend; dwingend; streng; strikt; stringent
efter regel streng; strikt; volgens de regels
exakt onvermurwbaar; streng; strikt; stringent accuraat; afgepast; exact; gedetailleerd; haarfijn; juist; krek; minutieus; nauwgezet; nauwkeurig; net; precies; ragfijn; secuur; zorgvuldig
hårt gestreng; niet toegevend; streng emotieloos; erg; fel; gevoelloos; hard; hardhandig; hardvochtig; harteloos; heftig; hevig; krachtig; liefdeloos; onbarmhartig; ongenadig; ongevoelig; onzacht; pittig; ruw; straf; zielloos
oböjbart gestreng; niet toegevend; streng
slagkraftig bindend; dwingend; streng; strikt; stringent
slagkraftigt bindend; dwingend; streng; strikt; stringent
stringent bindend; dwingend; onvermurwbaar; streng; strikt; stringent
sträng gestreng; niet toegevend; streng inspannend; onbuigzaam; onverbiddelijk; onvermurwbaar; pittig; rigoureus; ruige; straf; veeleisend
strängt gestreng; niet toegevend; streng inspannend; onbuigzaam; onverbiddelijk; onvermurwbaar; pittig; rigoureus; ruige; straf; veeleisend
svår gestreng; niet toegevend; streng kritisch; lastig; moeilijk; niet makkelijk; ongemakkelijk; problematisch; zwaar
svårt gestreng; niet toegevend; streng complex; gecompliceerd; ingewikkeld; kritisch; lastig; moeilijk; niet makkelijk; ongemakkelijk; pittig; problematisch; ruige; straf; zwaar
övertygandet bindend; dwingend; streng; strikt; stringent

Verwante woorden van "streng":

  • strengheid, strengen, strenger, strengere, strengst, strengste, strenge

Antoniemen van "streng":


Verwante definities voor "streng":

  1. ineengevlochten bundel1
    • ze kocht een strengetje borduurzijde1
  2. wie zich strak aan de regels houdt en niet toegeeft1
    • mijn ouders waren erg streng1

Wiktionary: streng


Cross Translation:
FromToVia
streng sträng strict — governed or governing by exact rules
streng sträng sévère — Qui est rigide, sans indulgence.

Computer vertaling door derden: