Overzicht
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor stralend (Nederlands) in het Zweeds
stralend:
-
stralend
Vertaal Matrix voor stralend:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
strålande | stralend | brandend; fonkelend; glinsterend; schitterend; vlammend |
strålandet | stralend |
Verwante woorden van "stralend":
stralen:
-
stralen (fonkelen; schijnen; flikkeren; glanzen; sprankelen; twinkelen)
-
stralen (licht uitzenden; blaken)
-
stralen (licht schijnen)
Conjugations for stralen:
o.t.t.
- straal
- straalt
- straalt
- stralen
- stralen
- stralen
o.v.t.
- straalde
- straalde
- straalde
- straalden
- straalden
- straalden
v.t.t.
- ben gestraald
- bent gestraald
- is gestraald
- zijn gestraald
- zijn gestraald
- zijn gestraald
v.v.t.
- was gestraald
- was gestraald
- was gestraald
- waren gestraald
- waren gestraald
- waren gestraald
o.t.t.t.
- zal stralen
- zult stralen
- zal stralen
- zullen stralen
- zullen stralen
- zullen stralen
o.v.t.t.
- zou stralen
- zou stralen
- zou stralen
- zouden stralen
- zouden stralen
- zouden stralen
diversen
- straal!
- straalt!
- gestraald
- stralend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze