Nederlands
Uitgebreide vertaling voor stenig (Nederlands) in het Zweeds
stenig:
-
stenig
Vertaal Matrix voor stenig:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
stenig | stenig | klippig; met veel stenen; steenachtig |
stenigt | stenig | klippig; met veel stenen; op steen lijkend; steenachtig |
Verwante woorden van "stenig":
stenig vorm van stenigen:
-
stenigen
Conjugations for stenigen:
o.t.t.
- stenig
- stenigt
- stenigt
- stenigen
- stenigen
- stenigen
o.v.t.
- stenigde
- stenigde
- stenigde
- stenigden
- stenigden
- stenigden
v.t.t.
- heb gestenigd
- hebt gestenigd
- heeft gestenigd
- hebben gestenigd
- hebben gestenigd
- hebben gestenigd
v.v.t.
- had gestenigd
- had gestenigd
- had gestenigd
- hadden gestenigd
- hadden gestenigd
- hadden gestenigd
o.t.t.t.
- zal stenigen
- zult stenigen
- zal stenigen
- zullen stenigen
- zullen stenigen
- zullen stenigen
o.v.t.t.
- zou stenigen
- zou stenigen
- zou stenigen
- zouden stenigen
- zouden stenigen
- zouden stenigen
en verder
- ben gestenigd
- bent gestenigd
- is gestenigd
- zijn gestenigd
- zijn gestenigd
- zijn gestenigd
diversen
- stenig!
- stenigt!
- gestenigd
- stenigend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor stenigen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
stena | stenigen | met stenen bekogelen; ontpitten; pitten |