Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. stamwoord:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor stamwoord (Nederlands) in het Zweeds

stamwoord:

stamwoord [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het stamwoord
    ordstam

Vertaal Matrix voor stamwoord:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ordstam stamwoord etymon; stam; stamvorm

Verwante woorden van "stamwoord":