Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. sok:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor sok (Nederlands) in het Zweeds

sok:

sok [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de sok (korte kous)
    socka
    • socka [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor sok:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
socka korte kous; sok

Verwante woorden van "sok":


Verwante definities voor "sok":

  1. kledingstuk voor om je voet1
    • Jasper draagt wollen sokken1

Wiktionary: sok

sok
noun
  1. kous die tot net boven de enkel komt

Cross Translation:
FromToVia
sok stofil fogey — A dull old fellow
sok socka sock — covering for the foot
sok strumpa Socke — ein aus Stoff bestehendes Kleidungsstück, das direkt über den Fuß gezogen und meistens unter den Schuhen getragen wird
sok strumpa; socka; strumpsocka chaussette — Vêtement