Nederlands
Uitgebreide vertaling voor schuldeloos (Nederlands) in het Zweeds
schuldeloos:
-
schuldeloos (onschuldig; schuldloos)
oskyldig; oskyldigt; oskuldsfullt; oförvitlig; oförvitligt-
oskyldig bijvoeglijk naamwoord
-
oskyldigt bijvoeglijk naamwoord
-
oskuldsfullt bijvoeglijk naamwoord
-
oförvitlig bijvoeglijk naamwoord
-
oförvitligt bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor schuldeloos:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
oskyldig | kuisheid; onbevlektheid; onbezoedeldheid; onschuldigheid; reinheid; zedigheid | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
oförvitlig | onschuldig; schuldeloos; schuldloos | |
oförvitligt | onschuldig; schuldeloos; schuldloos | |
oskuldsfullt | onschuldig; schuldeloos; schuldloos | gaaf; kuis; maagdelijk; onaangeraakt; onbevlekt; ongerept; onschuldig; puur; rein; virginaal; zuiver |
oskyldig | onschuldig; schuldeloos; schuldloos | naief; onnozel |
oskyldigt | onschuldig; schuldeloos; schuldloos |