Nederlands
Uitgebreide vertaling voor schorheid (Nederlands) in het Zweeds
schorheid:
-
de schorheid (heesheid)
Vertaal Matrix voor schorheid:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
heshet | heesheid; schorheid | |
skrovlighet | heesheid; schorheid |
Verwante woorden van "schorheid":
schorheid vorm van schor:
-
schor (hees)
Vertaal Matrix voor schor:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
hest | hees; schor | |
skrovlig | hees; schor | niet glad; ruw |
skrovligt | hees; schor | gammel; krakkemikkig; niet glad; ruw; wankel; zwak |