Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. schaapherder:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor schaapherder (Nederlands) in het Zweeds

schaapherder:

schaapherder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de schaapherder
    herde; fåraherde

Vertaal Matrix voor schaapherder:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fåraherde schaapherder geitenhoeder
herde schaapherder geestelijk herder; geitenhoeder; herder; hoeder; pastoor; schapenhoeder

Verwante woorden van "schaapherder":

  • schaapherders

Wiktionary: schaapherder


Cross Translation:
FromToVia
schaapherder fåraherde shepherd — a person who tends sheep