Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. resoluut:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor resoluut (Nederlands) in het Zweeds

resoluut:

resoluut bijvoeglijk naamwoord

  1. resoluut (gedecideerd; beslist; vastberaden; besluitvaardig; kordaat)
    bestämd; besluten

Vertaal Matrix voor resoluut:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
besluten beslist; besluitvaardig; gedecideerd; kordaat; resoluut; vastberaden bepaald; een zekere
bestämd beslist; besluitvaardig; gedecideerd; kordaat; resoluut; vastberaden beslist; doortastend; ferm; klemmend; kordaat; krachtdadig; krachtig; medelevend; meelevend; meevoelend; met klem; met nadruk; nadrukkelijk; ruimhartig; standvastig; uitdrukkelijk

Verwante woorden van "resoluut":

  • resolute

Wiktionary: resoluut


Cross Translation:
FromToVia
resoluut manhaftig mannhaft — entschlossen, tatkräftig
resoluut målmedveten zielbewusst — genau wissend, was erreicht werden soll, und entsprechend handelnd