Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. rectors:
  2. rector:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor rectors (Nederlands) in het Zweeds

rectors:

rectors [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de rectors
    rektorer

Vertaal Matrix voor rectors:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
rektorer rectors rectoren; schoolhoofden

Verwante woorden van "rectors":


rectors vorm van rector:

rector [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de rector (schoolhoofd; schooldirecteur; hoofd; hoofdonderwijzer)
    skolrektor; rektor

Vertaal Matrix voor rector:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
rektor hoofd; hoofdonderwijzer; rector; schooldirecteur; schoolhoofd bovenmeester
skolrektor hoofd; hoofdonderwijzer; rector; schooldirecteur; schoolhoofd

Verwante woorden van "rector":


Wiktionary: rector


Cross Translation:
FromToVia
rector rektor principal — The principal administrator of a school
rector rektor principal — Directeur d'un collège (5)