Nederlands
Uitgebreide vertaling voor ratelen (Nederlands) in het Zweeds
ratelen:
Conjugations for ratelen:
o.t.t.
- ratel
- ratelt
- ratelt
- ratelen
- ratelen
- ratelen
o.v.t.
- ratelde
- ratelde
- ratelde
- ratelden
- ratelden
- ratelden
v.t.t.
- heb gerateld
- hebt gerateld
- heeft gerateld
- hebben gerateld
- hebben gerateld
- hebben gerateld
v.v.t.
- had gerateld
- had gerateld
- had gerateld
- hadden gerateld
- hadden gerateld
- hadden gerateld
o.t.t.t.
- zal ratelen
- zult ratelen
- zal ratelen
- zullen ratelen
- zullen ratelen
- zullen ratelen
o.v.t.t.
- zou ratelen
- zou ratelen
- zou ratelen
- zouden ratelen
- zouden ratelen
- zouden ratelen
en verder
- is gerateld
- zijn gerateld
diversen
- ratel!
- ratelt!
- gerateld
- ratelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor ratelen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
snattra | babbelen; kletsen; kwebbelen; ratelen | |
tjattra | babbelen; kletsen; kwebbelen; ratelen | bazelen; lallen; raffelen; wauwelen |
Verwante woorden van "ratelen":
ratelen vorm van ratel:
-
de ratel
Vertaal Matrix voor ratel:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
rassel | ratel | geruis; ruis |
skrammel | ratel | klepper; tengel; tingel |
slammer | ratel |
Verwante woorden van "ratel":
Wiktionary: ratel
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• ratel | → harskramla | ↔ bartelle — Crécelle à moulinet |