Nederlands

Uitgebreide vertaling voor profaan (Nederlands) in het Zweeds

profaan:

profaan bijvoeglijk naamwoord

  1. profaan (wereldlijk)
    sekulariserad; världsligt; profan; profat; sekulariserat
  2. profaan (werelds; seculair; wereldlijk; aards)
    värdslig; värdsligt
  3. profaan (godslasterend; godslasterlijk; blasfemisch; ontheiligend)
    hädisk; hädiskt

Vertaal Matrix voor profaan:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hädisk blasfemisch; godslasterend; godslasterlijk; ontheiligend; profaan
hädiskt blasfemisch; godslasterend; godslasterlijk; ontheiligend; profaan kwaadsprekend; lasterend; lasterlijk
profan profaan; wereldlijk
profat profaan; wereldlijk
sekulariserad profaan; wereldlijk
sekulariserat profaan; wereldlijk
värdslig aards; profaan; seculair; wereldlijk; werelds
värdsligt aards; profaan; seculair; wereldlijk; werelds
världsligt profaan; wereldlijk fatsoenlijk; netjes; ordentelijk

Verwante woorden van "profaan":

  • profane