Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. practisch:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor practisch (Nederlands) in het Zweeds

practisch:

practisch bijvoeglijk naamwoord

  1. practisch (nuttig; gemakkelijk)
    praktisk; praktiskt

Vertaal Matrix voor practisch:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
praktisk gemakkelijk; nuttig; practisch gelegen; van pas
praktiskt gemakkelijk; nuttig; practisch gelegen; van pas