Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Zweeds ->Vertaal plichten

Vertaal plichten van Nederlands naar Zweeds

Overzicht

Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...

plichten:
- uppgifter; plikter
plicht:
- plikt; tjänst; tjänstgöring; skatt; afgivt
Wiktionary:
- plicht → plikt, krav

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor plichten (Nederlands) in het Zweeds

plichten:

plichten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

de plichten
uppgifter; plikter
- uppgifter zelfstandig naamwoord
- plikter zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor plichten:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
plikter	plichten
uppgifter	plichten	taak
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
uppgifter		taken

Verwante woorden van "plichten":

plicht

plicht:

plicht [de ~] zelfstandig naamwoord

de plicht
plikt; tjänst; tjänstgöring; skatt; afgivt
- plikt [-en] zelfstandig naamwoord
- tjänst [-en] zelfstandig naamwoord
- tjänstgöring [-en] zelfstandig naamwoord
- skatt [-en] zelfstandig naamwoord
- afgivt [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor plicht:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
afgivt	plicht
plikt	plicht	verbintenis; verplichting
skatt	plicht	belasting; belastingen; heffingen; kindlief; liefje; overheidsbelasting
tjänst	plicht	dienst; dienstbetoon; diensten; gunst; hulpbetoon; service
tjänstgöring	plicht
-	taak

Verwante woorden van "plicht":

plichten

Synoniemen voor "plicht":

taak

Antoniemen van "plicht":

recht

Verwante definities voor "plicht":

wat je volgens jezelf en anderen moet doen¹
- het is mijn plicht je te waarschuwen¹

Wiktionary: plicht

Cross Translation:

From	To	Via
• plicht	→ plikt	↔ duty — that which one is morally or legally obligated to do
• plicht	→ krav	↔ requirement — necessity

¹Muiswerk Woordenboek