Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. pels:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor pels (Nederlands) in het Zweeds

pels:

pels [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de pels (vacht; bont)
    beläggning
  2. de pels (halsbontje)
    pälskrage
  3. de pels (lamsvacht; lamsvel)
    lammull
    • lammull [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor pels:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beläggning bont; pels; vacht belasting; coating; laag; toewijzing
lammull lamsvacht; lamsvel; pels lamswol
pälskrage halsbontje; pels afzetting met bont; bontkraag

Verwante woorden van "pels":

  • pelsen, pelzen

Wiktionary: pels


Cross Translation:
FromToVia
pels fäll; skinn pelt — the skin of a beast with the hair on; a raw or undressed hide; a skin preserved with the hairy or woolly covering on it
pels skinn skin — skin of an animal used by humans