Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. parabool:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor parabool (Nederlands) in het Zweeds

parabool:

parabool [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de parabool
    parabel
    • parabel [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor parabool:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
parabel parabool parabel

Verwante woorden van "parabool":

  • parabolen, parabooltje, parabooltjes

Wiktionary: parabool


Cross Translation:
FromToVia
parabool parabel parabola — a conic section
parabool parabel parabole — Section de cône (2):