Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. overpakken:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor overpakken (Nederlands) in het Zweeds

overpakken:

overpakken werkwoord (overpak, overpakt, overpakte, overpakten, overpakt)

  1. overpakken
    packa om
    • packa om werkwoord (packar om, packade om, packat om)

Conjugations for overpakken:

o.t.t.
  1. overpak
  2. overpakt
  3. overpakt
  4. overpakken
  5. overpakken
  6. overpakken
o.v.t.
  1. overpakte
  2. overpakte
  3. overpakte
  4. overpakten
  5. overpakten
  6. overpakten
v.t.t.
  1. heb overpakt
  2. hebt overpakt
  3. heeft overpakt
  4. hebben overpakt
  5. hebben overpakt
  6. hebben overpakt
v.v.t.
  1. had overpakt
  2. had overpakt
  3. had overpakt
  4. hadden overpakt
  5. hadden overpakt
  6. hadden overpakt
o.t.t.t.
  1. zal overpakken
  2. zult overpakken
  3. zal overpakken
  4. zullen overpakken
  5. zullen overpakken
  6. zullen overpakken
o.v.t.t.
  1. zou overpakken
  2. zou overpakken
  3. zou overpakken
  4. zouden overpakken
  5. zouden overpakken
  6. zouden overpakken
diversen
  1. overpak!
  2. overpakt!
  3. overpakt
  4. overpakkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor overpakken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
packa om overpakken