Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. overdoen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor overdoen (Nederlands) in het Zweeds

overdoen:

overdoen werkwoord (overdoe, overdoet, overdeed, overdeden, overdaan)

  1. overdoen (opnieuw doen; hernieuwen)
    förändra; förnya; göra om
    • förändra werkwoord (förändrar, förändrade, förändrat)
    • förnya werkwoord (förnyar, förnyade, förnyat)
    • göra om werkwoord (gör om, gjorde om, gjort om)

Conjugations for overdoen:

o.t.t.
  1. overdoe
  2. overdoet
  3. overdoet
  4. overdoen
  5. overdoen
  6. overdoen
o.v.t.
  1. overdeed
  2. overdeed
  3. overdeed
  4. overdeden
  5. overdeden
  6. overdeden
v.t.t.
  1. heb overdaan
  2. hebt overdaan
  3. heeft overdaan
  4. hebben overdaan
  5. hebben overdaan
  6. hebben overdaan
v.v.t.
  1. had overdaan
  2. had overdaan
  3. had overdaan
  4. hadden overdaan
  5. hadden overdaan
  6. hadden overdaan
o.t.t.t.
  1. zal overdoen
  2. zult overdoen
  3. zal overdoen
  4. zullen overdoen
  5. zullen overdoen
  6. zullen overdoen
o.v.t.t.
  1. zou overdoen
  2. zou overdoen
  3. zou overdoen
  4. zouden overdoen
  5. zouden overdoen
  6. zouden overdoen
en verder
  1. is overdaan
  2. zijn overdaan
diversen
  1. overdoe!
  2. overdoet!
  3. overdaan
  4. overdoend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor overdoen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
förnya hernieuwen; opnieuw doen; overdoen beteren; bijwerken; corrigeren; goedmaken; hernieuwen; herscheppen; herstellen; herzien; in goede staat brengen; nieuw leven inblazen; opknappen; regenereren; renoveren; repareren; verbeteren; vernieuwen; wederopbouwen
förändra hernieuwen; opnieuw doen; overdoen afwisselen; herzien; veranderen; verwisselen; wijzigen
göra om hernieuwen; opnieuw doen; overdoen ombouwen; omvormen; opnieuw; reorganiseren; vervormen
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
göra om vooruitrolfase

Wiktionary: overdoen


Cross Translation:
FromToVia
overdoen reparera; rätta refaire — Réparer, raccommoder, rajuster une chose ruinée ou abîmée. (Sens général)
overdoen sälja vendrealiéner une chose, transporter, céder à quelqu’un la propriété d’une chose pour un certain prix, contre une somme d'argent.

Verwante vertalingen van overdoen