Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. over:
  2. Wiktionary:
  3. Gebruikers suggesties voor over:
    • kvar


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor over (Nederlands) in het Zweeds

over:

over bijvoeglijk naamwoord

  1. over (overheen)
    över
    • över bijvoeglijk naamwoord
  2. over
    ovan
    • ovan bijvoeglijk naamwoord
  3. over (af; voltooid; klaar; )
    färdigt; avslutat
  4. over (voltooid; klaar; beëindigd; )
    färdigt; avslutad; fullständig; fullständigt

Vertaal Matrix voor over:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- nogmaals; opnieuw
PrepositionVerwante vertalingenAndere vertalingen
- aangaande; inzake; omtrent; van; via
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
- alweer
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
avslutad af; afgelopen; beëindigd; gedaan; gepleegd; gereed; geëindigd; klaar; over; uit; voltooid; voorbij afgeknot; afgerond; gecompleteerd
avslutat af; afgedaan; afgelopen; gereed; geëindigd; klaar; over; uit; voltooid; voorbij af; afgeknot; afgerond; beëindigd; gecompleteerd; gedaan; gereed; klaar; volbracht; voleindigd
fullständig af; afgelopen; beëindigd; gedaan; gepleegd; gereed; geëindigd; klaar; over; uit; voltooid; voorbij algeheel; compleet; kompleet; patent; perfect; uitmuntend; uitstekend; volkomen; volledig; volmaakt; volslagen; voortreffelijk
fullständigt af; afgelopen; beëindigd; gedaan; gepleegd; gereed; geëindigd; klaar; over; uit; voltooid; voorbij afgerond; algeheel; baarlijk; compleet; gecompleteerd; integraal; kompleet; patent; perfect; uitmuntend; uitstekend; volkomen; volledig; volmaakt; volslagen; voortreffelijk
färdigt af; afgedaan; afgelopen; beëindigd; gedaan; gepleegd; gereed; geëindigd; klaar; over; uit; voltooid; voorbij afgehandeld
ovan over niet gewend; onbedreven; ondeskundig; onervaren; ongemeen; ongeoefend; ongewoon
över over; overheen gepasseerd; over dit; tegenovergelegen; tegenoverliggend; voorbij

Verwante woorden van "over":


Synoniemen voor "over":


Antoniemen van "over":


Verwante definities voor "over":

  1. om aan te geven wat het onderwerp is1
    • hij weet alles over molens1
  2. nog een keer1
    • ik doe dat werk wel over1
  3. van de ene kant naar de andere1
    • hij liep het plein over1
  4. van de ene plaats naar de andere1
    • alle leerlingen zijn over naar de volgende klas1
  5. verder dan, er voorbij1
    • het is tien over drie1
  6. voorbij1
    • mijn hoofdpijn is over1
  7. wat het bedekt1
    • het kleed ligt over de tafel1
  8. wat niet gebruikt is1
    • er is nog taart over1
  9. langs dat punt1
    • we rijden over Amsterdam1

Wiktionary: over

over
adverb
  1. nog resterend
preposition
  1. wat betreft
    • overom
  2. via, langs
  3. meer dan

Cross Translation:
FromToVia
over angående; om about — concerning
over i enlighet med; enligt as to — with reference or regard to
over kvar left — remaining
over om on — dealing with the subject of
over över over — above
over teckna en rosenröd bild; teckna en rosig bild ein rosiges Bild zeichnen — (etwas oder jemanden) höchst erfreulich charakterisieren, darlegen, schildern
over om; över; ; i; till enTraductions à trier suivant le sens
over bortom outrepeau de bouc préparer et cousue pour recevoir des liquides.

Verwante vertalingen van over