Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. opzetting:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor opzetting (Nederlands) in het Zweeds

opzetting:

opzetting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de opzetting (opgezwollen plek; zwelling)
    svullnad
  2. de opzetting (zwelling; bolling; bobbel; )
    böld; svullnande

Vertaal Matrix voor opzetting:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
böld bobbel; bolling; buil; bult; opgezwollen plek; opzetting; pukkel; zwelling abces; bluts; etterbuil; steenpuist
svullnad opgezwollen plek; opzetting; zwelling bobbel; buil; bult; knobbel; kwetsuur; letsel
svullnande bobbel; bolling; buil; bult; opgezwollen plek; opzetting; pukkel; zwelling