Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. openbaarheid:
  2. openbaar:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor openbaarheid (Nederlands) in het Zweeds

openbaarheid:

openbaarheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de openbaarheid
    publicitet

Vertaal Matrix voor openbaarheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
publicitet openbaarheid publiciteit; ruchtbaarheid

Verwante woorden van "openbaarheid":


Wiktionary: openbaarheid


Cross Translation:
FromToVia
openbaarheid reklam publicité — Action, fait de promouvoir la vente d'un produit.

openbaarheid vorm van openbaar:

openbaar bijvoeglijk naamwoord

  1. openbaar (publiek)
    offentlig; offentligt

Vertaal Matrix voor openbaar:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- publiek
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
offentlig openbaar; publiek
offentligt openbaar; publiek

Verwante woorden van "openbaar":


Synoniemen voor "openbaar":


Antoniemen van "openbaar":


Verwante definities voor "openbaar":

  1. algemeen bekend1
    • hij maakte het bericht openbaar1
  2. waar iedereen in kan of aan mee kan doen1
    • dit is een openbare school1

Wiktionary: openbaar


Cross Translation:
FromToVia
openbaar offentlig; allmän public — pertaining to people as a whole