Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. onpraktisch:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor onpraktisch (Nederlands) in het Zweeds

onpraktisch:

onpraktisch bijvoeglijk naamwoord

  1. onpraktisch (onbegonnen; onuitvoerbaar)
    ogenomförbar; omöjligt; ogörligt; ogörlig; ogenomförbart

Vertaal Matrix voor onpraktisch:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
omöjligt onbestaanbaarheid
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ogenomförbar onbegonnen; onpraktisch; onuitvoerbaar
ogenomförbart onbegonnen; onpraktisch; onuitvoerbaar
ogörlig onbegonnen; onpraktisch; onuitvoerbaar
ogörligt onbegonnen; onpraktisch; onuitvoerbaar
omöjligt onbegonnen; onpraktisch; onuitvoerbaar onbestaanbaar; onmogelijk

Verwante woorden van "onpraktisch":

  • onpraktische

Computer vertaling door derden: